De Roos en Het Zwijn

Anne Provoost

Language: Dutch

Publisher: Querido

Published: Dec 31, 1996

Description:

De Roos...

...Van haar wordt gezegd dat ze de mooiste vrouw ter wereld is.

Ze heeft rode lippen, een sneeuwwitte huid en handen als kostbare schelpen.

In de Onze-Lieve-Vrouwekerk staan heiligenbeelden die naar haar beeld zijn geschapen. Mensen denken dat ze op de Heilige Maagd Maria lijkt, maar de waarheid is dat de Maagd op haar lijkt; de beeldhouwers zijn het haar met tranen in de ogen komen opbiechten.



Het Zwijn...

...Zijn gezicht is verminkt. Hij heeft een bochel. De vingers van zijn rechterhand zijn afgehouwen zodat de hand op een hoef lijkt. Hij draagt geen hemd maar een zwarte, zorgvuldig gevoerde tuniek, zo op zijn huid, die aan zijn polsen met een rij knopen sluit.

De rok is vooraan open en als hij opstaat, wordt zijn rechterbeen met de wollen kous eronder zichtbaar. Hij vraagt haar met hem te dineren. Ze stemt toe. Nooit heeft ze een lelijker man ontmoet. Door met hem te eten zal haar boetedoening snel voorbij zijn.



De Roos en het zwijn is geïnspireerd op De Schone en het Beest een sprookje opgetekend door Gianfresco Straparola in de eerste helft van de 16de eeuw. Provoost laat zien hoe het bestaan niets is dan een oefening in het verdwijnen en hoe sommige verhalen nooit eindigen.


Recencie(s) NBD|Biblion recensie

Dit verhaal is gebaseerd op het 16e eeuwse sprookje 'De Schone en het Beest'. De Roos, de ik-figuur in het verhaal, is een veel te vroeg geboren, mismaakt meisje. Ze is -letterlijk- doorschijnend en erg zwak, een meisje van glas. Samen met haar zussen groeit ze op bij haar vader, die ze op zijn reizen volgt in een spiegel. Haar steun en toeverlaat, vriend en minnaar is een knobbelzwijn, het Beest. Na verloop van jaren groeit ze op tot een mooie vrouw, die over bijzondere gaven beschikt. Ze ervaart haar leven als een oefening in het verdwijnen: als kind was ze doorzichtig en had ze eigenlijk niet mogen overleven en als volwassen vrouw verdwijnt ze naar haar geliefde. Het is een sprookjesachtig verhaal, waarin kruidenvrouwen, engelen, elfjes en voorspellende spiegels voorkomen. Het statige en soms moeilijke taalgebruik vraagt een groot doorzettingsvermogen van de lezer. Ieder hoofdstuk begint met een korte weergave van wat de lezer te wachten staat. Voor doorzetters vanaf ca. 13 jaar een mooi verhaal. Op het omslag een schilderij van een meisje met rode baret van Albrecht Dürer. Winnaar van de Gouden Zoen 1998.<br/>(Biblion recensie, C. de Kievit.)
(source: Bol.com)