Het reisverhaal heeft een vaste plaats veroverd in de Nederlandse literatuur. Dat dit zo is, is niet in de laatste plaats de verdienste van Bertus Aafjes, die vanaf de jaren vijftig een aantal prachtige en populair geworden boeken schreef over zijn reizen in het Middellandse-Zeegebied, zoals Morgen bloeien de abrikozen, Capriccio Italiano, Dag van gramschap in Pompeji en vele andere titels.
In die jaren bereisde Aafjes ook Griekenland, toen daar nog nauwelijks sprake was van toerisme. Zijn speurtochten naar de plaatsen die bekend zijn uit de Odyssee en de andere ‘heilige hallen’ van de oudheid zijn klassieke verhalen geworden in de Nederlandse letteren.
Alle Griekse reisverhalen van destijds zijn door Bertus Aafjes nu voor het eerst bijeengebracht in de bundel Griekse kusten. Daarmee is een hartveroverend boek ontstaan, waarin de Ionische eilanden Ithaka en Kerkira (het rijk van Odysseus), Mykene, de Cycladen, de berg Athos, Sparta, en natuurlijk Athene, tot een sprankelend leven worden gebracht, wellicht fraaier dan de moderne reiziger die plaatsen, tot zijn weemoed, nog zal kunnen terugvinden.