In het verre verleden trokken al veel Vriezenveners naar verre oorden om er tuinzaden of linnen aan de man te brengen. Ze gingen naar het gewest Holland of naar Friesland. Ze trokken de grens over naar Westfalen en Hannover.
Steeds verder gingen ze, steeds langer bleven ze van huis. Ze vonden een vaste stek in St. Petersburg, in Rusland. Daarom werden ze "Rusluie" genoemd.
Over die Rusluie gaat dit boek.
Niet altijd gingen ze als kooplui naar Rusland. Sommigen werden gedwongen om naar Moskou te marcheren. Niet om handel te drijven maar om hun hachje te wagen in dienst van Napoleon, keizer der Fransen. Dat was in 1812. Het werd een barre tocht en al heel gauw vroegen de soldaten zich af, hoe ze ooit nog levend uit die hel van verschrikkingen zouden kunnen ontsnappen.
Rusluie en grenadiers van het Franse leger, ze zijn in dit boek samengebracht in de Vriezenveners Leo en Jasper én in de hoofdfiguur Johannes Brink, die in 1812 als soldaat en in 1816 als handelaar uit Vriezenveen vertrok, richting Rusland.
Description: