In de buurt van Antwerpen blijkt een roversbende aan het werk, die er wel zeer misdadige praktijken op nahoudt. Om de aandacht van een overval op de plaatselijke Boerenleenbank af te leiden, steken de boeven ergens aan de rand van het dorp een kapitale boerenplaats in brand. Van de daders ontbreekt voorlopig ieder spoor.
Jean Vrijman van de Antwerpse recherche en zijn assistent Freek worden weldra met een nieuw geval, ditmaal een mislukte overval op een afgelegen boerderij, geconfronteerd en nu blijkt, dat dezelfde methode is toegepast, namelijk door de waakhond uit te schakelen met een dodelijk vergif. Nu komt er schot in de zaak door ijverig speuren en intelligent denkwerk. Maar voordat de bende kan worden ingerekend, vallen de politiemannen in handen van de boevenbende en weten ze slechts op het allerlaatste ogenblik nog uit een brandend huis te ontsnappen, waar ze waren opgesloten en ten dode opgeschreven.