Een filmmagnaat, met gezag over velen, maar niet over zijn schone echtgenote, en tevens vervuld van een dodelijke angst voor alles wat douane heet, moet op vrouwliefs bevel een kostbaar parelsnoer Amerika binnensmokkelen. Aan boord van het schip dat hem derwaarts brengt, bevinden zich ook een aantal vlotte jongelui van beiderlei kunne, alsook de onmisbare butlerfiguur in de gestalte van een praatzieke hofmeester, die allen in deze penibele historie een bewuste of (meestal) onbewuste rol spelen. Een speelgoed-Mickey Mouse verhuist hierbij nogal eens van de ene eigenaar naar de andere en het lot van verschillende liefdes schijnt onverbrekelijk met de muis te zijn verbonden. Tenslotte brengt deze echter de oplossing voor alle jongelui - de oorspronkelijk ietwat verontrustende pêle-mêle van harten wordt keurig geordend in rijtjes van twee, en ook op financieel gebied zijn allen achteraf tevreden - met uitzondering van de dikke filmfabrikant.

Weer een echte Wodehouse: dwaas, geestig, en - hoewel men al van tevoren weet dat alles op z’n pootjes zal terechtkomen - toch steeds weer spannend en vol onverwachte wendingen. Zowel in het scheppen als in het oplossen van zotte en ingewikkelde situaties is Wodehouse een nog steeds uniek verschijnsel.